Sprache:
Adams Musical Instruments - Together in Music
News von Music Centre Lummen

Tuba Topper

08 November 2018

Tubist bij twee vooraanstaande professionele Belgische orkesten, dirigent van drie muziekgezelschappen en ook nog af en toe componeren. Plus een huwelijk met een succesvolle klarinettiste en muziekdocente met wie hij twee kleine kinderen heeft. Jan De Maeseneer is een druk bezet man. Het is dan ook niet eenvoudig om met hem een afspraak te maken in de fraaie nieuwe muziekwinkel van Adams in Lummen, waar een nieuwe C-tuba op hem wacht.

Hij is net teruggekeerd van een reeks taptoes met de Koninklijke Muziekkapel van de Belgische Luchtmacht in het Amerikaanse Norfolk en staat al weer met de koffers klaar om met ECB, l’Ensemble de Cuivres de Belgique, acht dagen door Japan te toeren. “Het is weliswaar druk, maar het is allemaal goed te combineren, hoor”, verzekert hij. “Met het ECB moeten we goed rekening houden met de agenda van Defensie, want acht van de elf leden zijn bij Defensie werkzaam: bij de muziekkappellen van de Gidsen, luchtmacht en marine; daarnaast heb je dan ook nog de agenda’s van het ‘orchestre Philharmonique Royal de Liège’ en ‘l’opéra Royal de Wallonie’. Voor de verenigingen kan ik een beroep doen op vervangdirigenten, die ik een concrete taak kan meegeven. Ja en thuis, dat is natuurlijk een heel gepuzzel met vrienden, buren en een fantastische onthaalmoeder.”

Meer geduld
Jan De Maeseneer is een persoon die de lat hoog legt voor zichzelf en voor anderen, bekent hij. “Ik wil altijd goed voorbereid zijn. En die instelling komt de laatste tijd wel eens in conflict met de twee kleintjes thuis. Ze eisen veel tijd op en dat gaat van de voorbereidingstijd af. Maar ik probeer de interactie met muzikanten de laatste jaren wel met een meer positievere insteek aan te gaan. Vroeger was ik nogal direct en richtte ik me vooral op de muzikale inhoud. Ik hield niet genoeg rekening met de personen. M’n vrouw Inge heeft me heel goed geholpen om daar verandering in aan te brengen. Zij doceert muziek aan jongere kinderen en is een uitstekende pedagoge. Ik heb geleerd dat je met meer geduld je muzikale doelen wel wat minder snel bereikt, maar het daardoor wel voor iedereen een stuk leuker wordt.”

Prettiger bij bastuba
Geduld had hij al niet toen hij op 6-jarige leeftijd cornet ging spelen. “Ik was te gemotiveerd en wilde te snel gaan. Maar je moet het spel opbouwen. Ik wilde dingen doen die ik nog niet kon. Mijn moeder speelde solo cornet in een brassband en ik speelde haar partituren, omdat ik me een beetje verveelde. Maar dat ging dus niet goed. Op een bepaald moment kreeg ik er bijna geen noot meer uit. Daarop kreeg ik op 10-jarige leeftijd het advies om naar een groter instrument over te stappen. Dat werd het euphonium.” Uiteindelijk leverde hij in zijn studietijd het euphonium weer in voor de bastuba. Een van de redenen was dat volgens zijn docenten er voor de bastuba in de professionele muziekwereld betere carrièrekansen lagen. “Maar ik voelde me er ook prettiger bij. De euphoniumspeler is meer degene die een beetje in the picture staat en de melodie wil spelen, terwijl je als bastubist meer voor het geheel gaat en de fundering legt. Je probeert vanuit de basis het orkest mooier te maken.”

Meer dynamiek
Hij had ook niet jonger met zo’n groot instrument kunnen spelen, want de bastubist torst toch zo’n 10 kg mee. “Tegenwoordig draag ik een harnas, dan kun je rechtstaan. Dat geeft je meer bewegingsvrijheid en je kunt af en toe een teken geven naar je collega’s. Het wordt er iets minder statisch door.”
De leden van het ECB - een gekend koperensemble met 4 trompettisten, 4 trombonisten, 2 hoorns en 1 tuba - buiten de mogelijkheden om meer op het podium te bewegen steeds beter uit en het publiek apprecieert dat ook, vertelt Jan. “Maar het wordt niet zo lichtvoetig als een André Rieu of een Oystein Baadsvik, de bekende Noorse tubasolist. We waken ervoor dat de balans niet in die richting doorslaat. Het dessert is altijd het leukste van de maaltijd, maar we hoeven niet alleen dessertjes aan te bieden. Meer dynamiek op het podium betekent ook dat je meer partituren uit je hoofd moet kennen. Met elf muzikanten die allen professioneel bezig zijn en een eigen agenda hebben, ben je beperkt in je mogelijkheden. Dat neemt niet weg dat we er wel mee bezig zijn om de interactie met het publiek te vergroten. Iemand als Baadsvik heeft een juiste cocktail gevonden van lichtvoetigheid en commercialiteit en dat zorgt voor een grotere publieke bekendheid, terwijl een Sergio Carolino uit Portugal een veel betere tubist is, maar eigenlijk bij weinigen bekend is. Het is natuurlijk ook niet zo gemakkelijk om bastuba te populariseren. Zeg maar eens tegen een manneke van zes hoe leuk de bastuba is. Dat zou mooi zijn, maar het is fysiek bijna onmogelijk. Ik was zelf 17 toen ik ermee begon.”

Transparant en onderscheidend
Enkele jaren geleden kocht Jan een F-tuba van Adams, omdat hij niet helemaal tevreden was over het instrument dat hij op dat moment bespeelde. “Het was stroef. Ik had altijd het gevoel dat ik een beetje werd tegengehouden. Ik kon op bepaalde stukken zo hard studeren als ik wilde, maar soms lukte iets gewoon niet. Totdat ik het probeerde op de F-tuba van Adams. Toen ging het als vanzelf. Hoe kon dat nu? Hij is iets kleiner dan mijn vorige, maar heeft een heel elegante sound. Ook mijn collega’s zeggen het: de noot is precies waar hij moet zijn. Het instrument is heel transparant en kernachtig, met mooie boventonen. Als ik snelle noten speel, moet het publiek die ook kunnen onderscheiden. En dat gaat met deze nieuwe goed.”
Zijn oude Hirsbrunner wordt nu ingeruild voor een C-tuba van Adams. Ook die speelt heel gemakkelijk, vindt hij. “We zijn in de testfase om hem helemaal op mijn wensen en manier van spelen af te stemmen. Het wordt een echte customized. Ik heb er zin in.”