Langue:
Adams Musical Instruments - Together in Music

Hoe werkt een saxofoon?

Een saxofoon, klarinet en dwarsfluit werken allemaal op hetzelfde principe. Een lange buis die korter gemaakt wordt door kleppen te openen.

Saxofoons

De saxofoon is ontworpen door Adolphe Sax. Zijn visie was een koperblaasinstrument met de flexibiliteit van een houtblaasinstrument. Hij kwam uit op een familie van rietinstrumenten die van messing of koper gemaakt zijn en worden bespeeld met één riet dat bevestigd is met een ligature (rietbinder) aan het mondstuk. Saxofoons vallen onder de houtblaasinstrumenten, ook al zijn ze van metaal gemaakt. Dit heeft twee redenen: Het geluid wordt gemaakt door een riet en een saxofoon werkt niet met ventielen werken maar met toongaten en kleppen zoals bij een klarinet.

Saxofoons komen voor in klassieke muziek, militaire orkesten, fanfares, jazz maar ook in pop en rock. De meest bekende zijn: de sopraan, alt, tenor, en bariton. Maar er bestaan nog andere types: De bas- en contrabassaxofoons die nog lager gestemd zijn dan de bas. En de sopranino- en sopranissimosaxofoons die hoger gestemd zijn dan de sopraan. Verder zijn er ook nog de C-Melody en de mezzosopraansaxofoon.

Start van de saxofoon

Adolphe Sax was zelf klarinettist en fluitist en miste een brug tussen koperblaasinstrumenten en houtblaasinstrumenten. Hij wilde een instrument maken dat de projectie van een koperblaasinstrument had en de flexibiliteit van een houtblaasinstrument. In een eerste beschrijving van de saxofoon werd het ook wel een koperblaasinstrument met een riet genoemd. Tegenwoordig hoort de saxofoon bij de groep houtblaasinstrumenten omdat je blaast op hout (riet). In het patent wat hij heeft aangevraagd staan 14 verschillende saxofoons beschreven, van sopranino- tot contrabassaxofoon.

Onderdelen van de saxofoon

De saxofoon bestaat uit drie hoofdonderdelen: het mondstuk, de hals en de body.

De saxofoonhals

De hals is een verwijderbare metalen buis die aan de bovenkant van de body wordt bevestigd. De uitzondering hierbij is de sopraan- en de sopraninosaxofoon, die soms uit een buis bestaat. Aan het uiteinde van de hals vindt u een laag kurk waarop het mondstuk geschoven kan worden. Om het kurk zo lang mogelijk te kunnen gebruiken wordt het gebruik van kurkvet sterk aangeraden.

De saxofoonbody

De body bestaat uit een conische koperen buis met daarop gesoldeerde zuiltjes die vaker ondersteund worden door metalen strips genaamd ribben. Deze zuiltjes ondersteunen de kleppen die leren kussentjes “polsters” bevatten om de toongaten in de body helemaal te bedekken.

De bocht van de saxofoon

De bocht van de saxofoon is het onderste uiteinde waar veel van saxofoon types een u-bocht maken en weer omhoog gaan voordat ze eindigen in de beker. Deze kromming is noodzakelijk omdat saxofoons in lagere registers te lang om te hanteren worden als ze volledig rechte zouden zijn. Daarom hebben de sopraan en sopranissimo meestal geen bocht, deze instrumenten zijn kort genoeg.

De saxofoon beker

De beker is het uiteinde van de saxofoon. Afhankelijk van de grootte van de saxofoon, kan de beker naar boven of naar beneden wijzen. De beker is een veel voorkomende plaats voor gravures op het instrument, omdat dit het stuk van de saxofoon is dat het meeste opvalt voor de luisteraar

De kleppen

De kleppen zijn meestal gemaakt van messing of nikkel en zijn vaak bedekt met parelmoer waar je middelste drie vingers het instrument raken. Tussen de verschillende saxofoons is er weinig verschil in de positie van de kleppen en de grepen. De kleppen worden bewogen rondom assen of tussen puntschroeven. Het grootste verschil tussen de saxofoons is de stemming, de embouchure die je nodig hebt om erop te kunnen spelen, en de grootte van het instrument.

De polsters

Een ander belangrijk element in elke saxofoon zijn de polsters. Polsters bedekken de toongaten in de saxofoon zodat elke klep goed afsluit. Polsters moeten zacht aanvoelen en de bijbehorende toongaten volledig afdekken. Polsters zijn over het algemeen lichtbruin van kleur en gemaakt van runderleer. Er bestaan ook polsters gemaakt van kangoeroeleer. Deze zijn zwart, bruin of wit gekleurd.

Polsters hebben gewoonlijk metalen of kunststof schijven, resonatoren genoemd. Resonatoren zijn verkrijgbaar in verschillende vormen en helpen het geluid terug in het instrument te reflecteren. Dit helpt bij de projectie en om het volume te verhogen.

De afwerking

De saxofoon is over het algemeen afgewerkt met een beschermende coating. Tegenwoordig is die coating meestal een laklaag. Er bestaan ook saxofoons die verzilverd, verguld of vernikkeld zijn. Verder worden er tegenwoordig ook geanodiseerde afwerkingen met zwart nikkel en afwerkingen met gekleurde lak gebruikt. De afwerking is vooral bedoeld om het uiterlijk te veranderen, al heeft de afwerking wel een klein effect op de klank van het instrument.