Perry Hoogendijk verbindt zich aan Adams Brass
12 September 2019
Adams Brass en Perry Hoogendijk maakten vandaag hun samenwerking officieel wereldkundig. De solo-tubaïst van het Koninklijk Concertgebouworkest verbindt zich als ambassadeur aan de Nederlandse instrumentenbouwer.
Hoogendijk werkte samen met Miel Adams drie jaar lang aan de perfectionering van zijn Adams F-tuba. Een langzaam traject, maar wel met een puik resultaat. “Met dit instrument heb ik in het Koninklijk Concertgebouworkest, afgelopen april, nog het tuba-concert van Vaughen Williams gespeeld. Dat is een uitzonderlijk stuk waarin de tuba, die zelden als solo-instrument op de voorgrond treedt, de hoofdrol vertolkt. Alles wat het instrument en de bespeler in huis hebben aan kleuren, expressie en techniek komt in die compositie naar voren en de Adams F-tuba is wat mij betreft glansrijk door deze test”.
Inspiratie
Als tubaïst was Hoogendijk altijd erg gefascineerd door de instrumenten van het Zwitserse Hirsbrunner. “Het summum, in mijn ogen. Dat instrument stond voor maatwerk, voor kleinschaligheid, kortom voor perfectie. Tubaïsten spraken niet voor niets van de zogenaamde Hirsbrunner –roar. Een geluid dat uit duizenden te herkennen valt”. Toch ging deze markante instrumentenbouwer over de kop. Adams werkte al langer samen met de Zwitser en nam de mallen van de Hirsbrunner tuba’s over. “Het zal zo’n drie jaar geleden geweest zijn dat Miel me belde en me vroeg om te komen luisteren. Men had gewerkt met de nieuwe mallen. Ik was aangenaam verrast, maar nog lang niet overtuigd. Ik miste de ziel van de Hirsbrunner. We zijn toen samen aan de slag gegaan om die zo geliefde klankkleur te vinden. Die samenwerking met Adams heeft goed uitgepakt. Zij brachten het technisch vernuft in en ik wist de ziel van het instrument te doorgronden.”
Vervolg
De samenwerking leidde uiteindelijk tot de huidige F-Tuba. Voor Perry was het een bijzonder moment toen het instrument zijn gewenste staat van perfectie bereikte. ,,Het proces en de ontwikkeling van deze F-Tuba was zeer enerverend. Een instrument hoort je te passen als een handschoen. Maar dat is het niet alleen. Zo’n tuba moet in staat zijn het geluid te produceren dat ik graag wil. Het is in feite een soort megafoon die de persoonlijkheid van de bespeler van een klank voorziet. Het luistert heel nauw. Het was een magisch moment toen we na maanden van werk het geluid eindelijk hadden gevonden. De ziel is gevangen in dit instrument. Ik durf nu te stellen dat onze tuba de Hirsbrunner zelfs overtreft. Op dit ogenblik zijn we bezig om de nieuwe CC-Tuba te ontwikkelen.” Lachend: “Dat is de holy grail onder de tuba’s. Dus we gaan door met ontwikkelen.”